
Spraakopdrachten
U kunt bellen en telefoonfuncties uitvoeren door spraakopdrachten in te spreken.
Spraakopdrachten zijn taalgevoelig. Voor informatie over het instellen van de taal,
zie
Taal spraakweergave
in
Telefoon
op pagina
105
.
U kunt als volgt de telefoonfuncties selecteren die u met een spraakopdracht wilt
activeren: selecteer
Menu
>
Instellingen
>
Snelkoppelingen
>
Spraakopdrachten
en een map. Blader naar een functie.
geeft aan dat het spraaklabel is
geactiveerd. Selecteer
Opties
>
Verwijderen
om de spraakopdracht te verwijderen.
Als u het spraaklabel wilt activeren, selecteert u
Toevgn
. Als u de geactiveerde
spraakopdracht wilt beluisteren, selecteert u
Afspelen
. Zie
Uitgebreide
spraakgestuurde nummerkeuze
op pagina
41
voor informatie over het gebruiken
van spraakopdrachten.

95
Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
U kunt de spraakopdrachten beheren door naar een telefoonfunctie te bladeren en
een van de volgende opties te selecteren:
Bewerken
of
Verwijderen
— om de spraakopdracht van de geselecteerde functie te
wijzigen of uit te schakelen.
Alles toevoegen
of
Alles verwijderen
— om de spraakopdrachten voor alle functies
in de lijst met spraakopdrachten in- of uit te schakelen.